De kijk van Idrissi # 2: “Le pain nu”

 

 

Rif

 

In Le Pain Nu geeft Mohamed Choukri een mooi beeld van de Rif, mijn geboortestreek in het Noorden van Marokko

Het was weer een moeilijke -donderdagavond –beslissing. Kiezen om de avond door te brengen met Jan Lauwers en zijn “Marketplace 76” of met Mohamed Choukri’sle pain nu”.

Marktplaats 76 vertelt het verhaal van een dorp dat wordt opgeschrikt door een ontploffing. Jan Lauwers schrijft met Marktplaats 76 een nieuw episch en caleidoscopisch verhaal. Nauwkeurig brengt hij verslag uit van de dorpelingen die door de tijd ingehaald en voortgestuwd worden. Hij rijmt donkere thema’s als rouw en verdriet, bloedschande en ontvoering, pedofilie en zelfmoord, met overdadige liefde, vriendschap, geluk en overleven. Zie hier het dilemma op een typisch Brusselse cultuuravond.

Wat uiteindelijk de doorslag heeft gegeven voor Mohamed’s ‘le pain nu’ is dat het een eenmalige vertoning is van de film van Rachid Benhadj en het verlangen om te zien hoe het boek werd verfilmd. En het feit dat ik schitterende voorstelling ‘Marketplace76’ reeds had gezien in wereldpremière op de Rhur triënnale.

Lees verder

Idrissi “De Islam heeft een Rik Torfs nodig” (interview De Standaard 17/03/12)

Yamila Idrissi, Vlaams parlementslid voor de sp.a, maakt zich grote zorgen over de islamitische jeugd in onze hoofdstad. ‘Die kansarme jongeren waar extremisten zich op richten, zijn vogels voor de kat.’
Zondag stappen de Brusselse moslims in een Grote Witte Mars samen voor vrede. ‘Ja, ik ben van plan om mee te gaan’, zegt Yamila Idrissi. Zij is Brusselse, moslima en Vlaams parlementslid voor de SP.A. ‘Ik kwam nooit in zijn moskee’, vertelt ze. ‘Maar ik weet wel dat de overleden imam een open en erudiete man was. Zeer populair in de buurt, ook. Hij was een Marokkaanse soenniet die zich bekeerd had tot het sjiisme, zoals dat beleden wordt in Iran en Syrië. Dat komt steeds vaker voor, de laatste jaren, zo’n bekering.’ ‘De dader was een salafist bij wie de stoppen waren doorgeslagen, wellicht uit woede over de gebeurtenissen in Syrië. Dit was geen religieuze, maar een politieke aanslag. Een eenmansactie ook, er zit gelukkig geen groepering achter.’ Toch maakt Idrissi zich grote zorgen, legt ze uit terwijl we door de buurt wandelen. ‘Ik ken hier veel ouders die met de handen in het haar zitten. Die elke dag hun hart vasthouden, omdat ze bang zijn dat hun kinderen in handen van extremisten zullen vallen. Onlangs hoorde ik nog het verhaal van een jongen die besloten had om naar Jemen te vertrekken, voor een grondige studie van de Koran. Zo’n jongen is een vogel voor de kat.’ Ze wijst in de richting van Zuidstation. ‘Daar’, zegt ze. ‘Aan de Stalingradlaan, daar vind je heel veel boekhandels waar je terecht kunt als je je wil verdiepen in de islam. Het probleem is dat je er geen enkel boek zal vinden dat je iets vertelt over de moderne islam, over de Europese islam. En dat klopt niet. Dat is een groot probleem, waarover wij ons dringend moeten bezinnen.’ ‘Door die aanslag hebben we het vandaag weer over het verschil tussen soennisme en sjiisme, maar au fond interesseert dat debat mij niet. Wat mij interesseert is hoe we de westerse islam van de toekomst samen vormgeven.’ (…) Die extremisten, wie zijn dat? ‘Brussel is vandaag een soort mini-Midden-Oosten, dus je moet ervan uitgaan dat alle strekkingen en alle conflicten hier vertegenwoordigd zijn. Dat hebben we nog maar eens gemerkt met die aanslag van maandag.’ ‘Heel wat mensen denken nog altijd dat de moslimgemeenschap een homogene groep is, maar dat klopt dus niet. Er zijn twee radicale strekkingen die vandaag sterk vertegenwoordigd zijn: het wahabisme, dat vooral uit Saudi-Arabië komt, en het salafisme, dat vooral wordt beleden door mensen die uit Pakistan komen. En wat mij vandaag verontrust, is dat steeds meer jongeren zich laten aanspreken door dat salafisme.’ Wat maakt het salafisme volgens u zo gevaarlijk? ‘Het biedt mensen een kant-en-klare manier van leven.’ Doet de islam dat sowieso niet? ‘Nee, het gematigde soennisme, waartoe de meeste Marokkaanse Belgen behoren en waarin ik ook ben opgevoed, gaat je bijvoorbeeld helemaal niet zeggen hoe je je moet gedragen. Over hoofddoek en baard kan voor een gematigde soenniet gediscussieerd worden: de ene vindt dat belangrijk, de andere niet.’ ‘Voor een salafist is er geen discussie: de hoofddoek is verplicht voor vrouwen, de baard voor mannen. Salafisten, en ook wahabieten, laten geen interpretatie toe en vinden dat je moet leven zoals de profeet in de zevende eeuw.’ Hoe behoeden we jongeren voor dat radicalisme? ‘De islam heeft een soort Rik Torfs nodig. We moeten imams opleiden aan onze universiteiten, en dus hebben we islamitische rechtsgeleerden nodig. Iemand die door een westerse bril naar de islam kijkt, die kritisch is, die vragen stelt over de Koran, die een lans durft breken voor de aanvaarding van homoseksualiteit, enzovoort.’ Bestaan dat soort islamitische Torfsen nog niet? ‘Ze bestaan, maar we hebben er meer nodig, ook in ons land. In Parijs doceert Rachid Benzine, die bezig is met een herinterpretatie van de islam – de Koran is voor hem geen bron van eeuwige waarheid, maar een boek dat geïnterpreteerd moet worden. Dat wordt door veel moslims met argwaan bekeken, maar het is belangrijk dat het gebeurt. Ik heb in Louvain-la-Neuve eens een lezing meegemaakt van Benzine, en toen waren er jongeren die zegden: “U slaat mijn hele wereldbeeld aan diggelen.” En dat is goed.’ Het volledige artikel kan u nalezen via de toegevoegde pdf DeStandaard_20120317_  DeStandaard 20120317 II

opinie: “Stop met etiketten op te kleven”

‘De man is een continent, de vrouw is de zee. Ik geef de voorkeur aan het land.’ Het zou een citaat kunnen zijn van Gerard Reve, van Tom Lanoye, van Erwin Mortier of van een andere bekende homoseksuele schrijver. Fout. Het komt van Abu Nuwas, de beroemde Arabische dichter uit de negende eeuw. Hij kreeg veel kritiek vanwege zijn homoseksuele geaardheid, maar werd door de toenmalige heersers beschermd omdat hij zo’n groot dichter was.

Het toont aan dat homoseksualiteit van alle tijden en van alle culturen is. Het toont ook aan dat we er vele eeuwen geleden vaak opener durfden mee omgaan. En het toont vooral aan dat homoseksualiteit niet alleen over ‘de andere’ gaat. We hebben helaas nog een lange weg af te leggen.

De bekende holebi’s die gisteren in De Standaard aan de alarmbel trokken, hebben jammer genoeg gelijk: bij de recente gevallen van gaybashing bleken de geweldenaars vaak jonge Belgen van vreemde afkomst. We mogen onze kop niet in het zand steken. Precies daarom vinden we het belangrijk om ook onze stem te laten horen, om luid en krachtig duidelijk te maken dat de samenleving waarin wij leven, onze samenleving, homobashing onmogelijk kan tolereren. Wij allen vinden dat de daders opgespoord en veroordeeld moeten worden. Wij allen vinden dat iedereen moet kunnen zijn wie hij of zij echt is.

Velen van ‘ons’ hebben ook een gevecht moeten leveren, we leveren het nog altijd. Door onze afkomst, door onze kleur, zijn velen onder uw en mijn dierbaren, vrienden en kennissen van ‘vreemde’ herkomst, ook vaak ‘de andere’. Dat zou ons extra gevoelig moeten maken voor de stigmatisering van één groep. Dat zou ons extra gevoelig moeten maken voor makkelijke en gevaarlijke vooroordelen.

De maatschappelijke veroordeling van homobashing overstijgt het wij-zij-denken. Het gevaar in het debat is dat de diabolisering gewoon verschuift van de ene groep naar de andere: van ‘de homo’ naar ‘de allochtoon’. Dan zijn we even ver van huis. ‘Allochtonen’ maken ook deel uit van onze maatschappij, dat maakt van het geweld tegen holebi’s het probleem van een hele maatschappij. Dat maakt dat we het alleen samen kunnen aanpakken. Daarom komen wij ervoor uit dat we tégen gaybashing zijn, om een open en respectvol debat op gang te trekken. Een debat zonder taboes.

Ook in onze eigen ‘gemeenschappen’ moeten we het conservatieve juk durven afwerpen. Angst en onwetendheid zijn de belangrijkste oorzaken van de haat jegens holebi’s. Het is belangrijk om de dialoog aan te gaan, om uit te leggen, om te begrijpen, om op te treden. Laat ons allemaal stoppen met de anderen een etiket op te kleven: goed of slecht, juist of fout. En laat ons vooral stoppen met die hokjes te beschouwen als een vrijgeleide voor haat en geweld.

Wij staan voor een open en tolerante samenleving waar iedereen zichzelf kan zijn. Ongeacht afkomst, ongeacht geaardheid. Deze oproep is een uitnodiging tot dialoog en reflectie, weg van de polemiek en de provocatie.

Yamila Idrissi, Vlaams volksvertegenwoordiger voor sp.a (Marokkaanse origine)
Riadh Bahri, journalist VRT-Nieuws (Tunesische origine)
Charif Benhelima, photo artist (Marokkaanse origine)
Sihame El Kaouakibi, director bij ‘Let’s Go Urban’ (Marokkaanse origine)
Mustafa Kör, auteur (Turkse origine)
Chokri Ben Chikha, onderzoeker-theatermaker (Tunesische origine)
Loutfi Belghmidi, programmamaker VRT (Marokkaanse origine)
Bilal Benyaich, politicoloog en publicist (Marokkaanse origine)
Karim Osmani, interieurarchitect (Tunesisch-Algerijnse origine)
Sidi Larbi Cherkaoui, choreograaf (Marokkaanse origine)

raadpleeg hier het opiniestuk opiniestuk DeStandaard

Brussel, stad van gemiste kansen

Precies een jaar geleden ging het Museum voor Moderne Kunst dicht, de toekomst blijft vandaag nog altijd een gigantisch vraagteken. Ondertussen zijn de twee belangrijkste exposities die dit voorjaar in Brussel gepland stonden – rond Gustave Klimt en rond de grote surrealisten –allebei geschrapt. Een zoveelste illustratie van het totale gebrek aan ambitie en visie in de hoofdstad, vindt Vlaams parlementslid Yamila Idrissi (sp.a). “De creativiteit en de durf die zo overvloedig aanwezig zijn in Brussel ontbreken totaal in het beleid.”

De afdeling Moderne Kunst van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten sloot exact twaalf maanden geleden de deuren. Het grootste deel van de collectie verdween naar de reserves, onzichtbaar voor het publiek. Stukken waar musea over de hele wereld ons om benijden, weggemoffeld zoals we thuis onze oude meubels naar de kelder verbannen. Alsof Brussel zich schaamt voor zijn culturele rijkdom. Onbegrijpelijk.

We kunnen alleen maar hopen dat het bij één verjaardag in mineur blijft. Ik hou er eerlijk gezegd mijn hart voor vast, want de plannen voor een Museum voor Moderne Kunst blijven maar in de ijskast zitten. Mogelijkheden genoeg, maar er komt geen schot in de zaak. Hoeveel wereldsteden kent u zonder museum voor moderne en hedendaagse kunst?

Brussel en kunst, het blijft een ongelooflijk moeilijk huwelijk. Een vechthuwelijk bijna. Want het blijft helaas niet bij de museumsoap. De Brusselse musea kondigden absolute kleppers aan voor het voorjaar: Gustav Klimt, Pablo Picasso, Marcel Duchamp,… Een lijstje dat tot ver buiten de stads- én landsgrenzen indruk maakte. Chapeau. Maar helaas: het mocht weer wat minder zijn. De Klimt-expo ter ere van de honderdvijftigste verjaardag van de schilder is afgelast. Net als de tentoonstelling Het surrealisme in Parijs. Het had nochtans mooi kunnen zijn: de allergrootste surrealisten in het land en de stad die als geen ander het surrealisme belichamen. Verkoopt zichzelf, zou je denken. Verkeerd gedacht.

Twee grote projecten, drie grote flops. Te duur, te moeilijk. Voor Brussel toch. Het culturele voorjaar wordt een mager beestje, een wereldstad als Brussel onwaardig. Nog maar eens. Toont Brussel een keertje ambitie, dan wordt die meteen brutaal gefnuikt. Bizar toch, in een stad die zoveel fantastische kunstenaars grootbracht en vandaag nog altijd herbergt. In de hoofdstad van een land dat absolute wereldfaam geniet bij kunstliefhebbers. Maar als we zo verder doen, zijn ze dat binnenkort allemaal vergeten. We kunnen niet eeuwig teren op ons roemrijk verleden.

Brussel heeft alle troeven in handen om een kunst- en cultuurstad met internationale faam te zijn. Maar we slagen er maar niet in om die troeven te verzilveren. En ondertussen springen andere steden in het gat en wordt de kloof groter en groter. Het doet toch elke Brusselaar pijn om te zien hoe we de kaas van ons brood laten eten door steden als Basel. Dat we af en toe eens jaloers zijn op Madrid, Parijs of Londen, tot daar aan toe. Maar op Basel? Met alle respect, maar dan bloedt mijn chauvinistisch hart een klein beetje.

De hoofdstad mist ambitie, mist visie. De musea en de collecties zijn totaal versnipperd, een kat vindt er haar jongen niet meer in terug. De Brusselaars zelf niet, laat staan de toeristen. Vele kleintjes maken helaas niet altijd één groot. Eén museum voor moderne en hedendaagse kunst, vreemd genoeg nog altijd braakliggend terrein in Brussel, kan een echte trekker zijn. Het kan een hele stad meezuigen. Maar dan moet ze er voluit voor durven gaan en dat durft ze niet. Brussel, de eeuwige twijfelaar.

Kunst en cultuur zijn goudmijnen voor een stad. De meeste museumbezoekers houden het daar niet bij. Ze gaan shoppen, ze eten op restaurant, zakken door op café, slapen in een hotel. De hele stad profiteert mee. Ja, een expo over Klimt of de grote surrealisten kan wat kosten, maar de return is vaak een veelvoud van die investering. In nieuwe inkomsten, in jobs, in aantrekkingskracht. Een stad moet naar het globale plaatje kijken. En ze moet zich kunnen verkopen. Twee grote tentoonstellingen aankondigen en op het laatste moment afblazen, het is niet echt een toonvoorbeeld van geweldige citymarketing.

Eigenlijk is het ironisch. Er zit ongelooflijk veel creatief talent in Brussel. In de internationale media verschijnen artikels over de aantrekkingskracht van de stad op jonge kunstenaars, die de huurprijzen in Londen of Parijs niet meer kunnen ophoesten. Uit heel Europa zakken ze af naar Brussel, en zijn ze de motor achter kleine kunstgaleries. Maar een museum om dat talent aan het grote publiek te tonen is te veel gevraagd. De creativiteit, het lef en de ambitie die zo overvloedig aanwezig zijn in de stad ontbreken totaal in het beleid. Brussel, stad van gemiste kansen.

Yamila antwoordt op uitspraken Jef Neve

Brussel mist slagkracht, vindt Jef Neve. ‘Brussel mist een “A” zoals Antwerpen die heeft, een gevoel van collectieve fierheid: wij houden van onze stad.’ Hij trok er weg.

DS: Een paar jaar geleden had u uw atelier nog in Schaarbeek en wou u nergens anders dan in Brussel wonen. Nu woont u in Gent en hebt u uw werkplaats in – godbetert – Sint-Martens-Latem.

Jef Neve: ‘Wat nog maar eens bewijst hoe een mens kan veranderen. En maar goed ook. Ik vind het belangrijk om te nuanceren en ik hou nog altijd van Brussel, maar ik was er een zure mens aan het worden. Te veel negatieve ervaringen gehad om er nog graag te wonen. Ik stond op het punt mijn hoop te verliezen. Ik heb het net op tijd gemerkt. Sinds ik er weg ben, kijk ik opnieuw met wat meer afstand, en da’s goed.’

DS: Heeft het met het gaybashen – het pesten van homo’s in Brussel – te maken, waarover u deze week in Reyers Laat getuigde?

JN: ‘Ook. Ik wil dat probleem niet onder tafel schuiven: ik werd geregeld uitgescholden en zelfs één keer aangevallen. Maar ik vind vooral dat Brussel slagkracht mist. Het is een complexe stad, met veel verschillende culturen en gemeenschappen, en er is een gebrek aan visie. Brussel mist een A zoals Antwerpen die heeft, een gevoel van collectieve fierheid: wij houden van onze stad en we gaan er met respect mee om. Alles wordt er te scherp tegenwoordig.’

Jef Neve in de DSmagazine, 28 januari 2012

Yamila antwoordt in onderstaande brief op de uitspraken van Jef Neve

Beste Jef,

Ik las dit weekend in DS dat je Schaarbeek hebt ingeruild voor een nieuwe stek in Gent. Brussel voelde, zo zei je, door een aaneenschakeling van negatieve ervaringen niet langer meer aan als thuis en je begon je geloof in de toekomst te verliezen.

Wanneer mensen als jij, met een onmiskenbare liefde voor Brussel, de deur achter zich dicht trekken is dat een signaal. En signaal dat er wel degelijk iets fout loopt in Brussel. Jouw analyse valt moeilijk mis te verstaan en ik beaam ze volmondig.

Brussel mist slagkracht omwille van een gebrek aan visie. Deze complexe stad, met veel verschillende culturen en gemeenschappen kent haar eigen specifieke uitdagingen en problemen en schreeuwt om een eenduidige visie en beleid. Brussel is vandaag al te veel de speelbal van de 19 baronieen ,waar elk van die burgemeesters op hun lapje grond de meneer kunnen uithangen. waar iedereen zich bevoegd voelt maar niemand verantwoordelijk. En de grootste slachtoffers hiervan zijn wij Brusselaars.

Brussel heeft politieke leiders nodig die het Gewest besturen als één stad, en niet als 19 dorpen. Politieke leiders die, als Brussel een partituur was, niet met zijn negentienen  de partituur in stukken scheuren, elk een stuk spelen op een ander instrument en samen een kakafonie worden. Brussel heeft politieke leiders nodig, die zoals jij samenvallen met de partituur, de partituur worden. Brussel heeft één dirigent nodig, die ervoor zorgt dat elk instrument elk ander instrument versterkt, dat Brussel één is, en geen verzameling fragmenten.

En toch is er hoop. Stilaan groeit bij een nieuwe generatie politici het besef dat 19 gemeenten geen garantie zijn voor een politiek van “proximité” maar net de afstand tussen rijke en arme gemeenten vergroten. Die beseffen dat je Brusselaars niet verbindt met hun stad door ze absoluut te binden aan de ene of andere Gemeenschap. Die beseffen dat je de armoede niet aanpakt door ze te blijven concentreren en door je middenklasse uit de stad te verjagen. Enkel zo kan Brussel haar inwoners opnieuw hoop en een toekomst bieden, in plaats van hen dit te ontnemen.

Brussel kan volgens jou best wel een portie van het A-gevoel gebruiken. Een gevoel van collectieve fierheid en geloof in eigen kunnen. Het beeld dat bestaat over Brussel wordt inderdaad niet gekenmerkt door collectieve fierheid. Verdeeldheid en tegenstrijdige belangen tussen de verschillende gemeenschappen en bestuursniveaus zijn nog steeds bepalend voor het imago. Nochtans, weet je net als ik dat heel wat Brusselaars terecht fier zijn op hun stad. Een stad met ontelbare troeven en mogelijkheden, niet het minst op cultureel vlak, die ze helaas nog veel te weinig weet te valoriseren. Het wordt hoogtijd dat deze ‘stille’ groep van fiere Brusselaars zijn stem laat horen en met een positief Brussels verhaal ten strijde trekt tegen het beeld van stilstand en malaise dat vandaag de dag overheerst.

Ook al ben je nu naar Gent getrokken zou je niet misstaan in deze groep van fiere Brusselaars. Want als ik je goed begrijp heb je Brussel verlaten, niet omdat je haar niet graag meer ziet, maar omdat ze zichzelf niet meer graag ziet. Je kunt het niet aanzien hoe ze zichzelf laat gaan, hoe ze zichzelf verminkt, en laat verminken. Door stedenbouwkundige pooiers, die haar misbruiken voor snel gewin. Door ongewenste kinderen die, omdat ze door Brussel maar niet uit Brussel verstoten worden, zich op Brussel wreken. Die hun haat koelen op Brusselaars die Brussel wél omhelzen omdat de stad hen kansen geeft. Ressentiment. Je hebt geluk: jij hebt Brussel niet meer nodig om Brusselaar te zijn. En te blijven, want je neemt het nog op voor zij die jouw Brussel mee verzuurd hebben. Je bent een Brusselaar in Gent. Toch jammer. Voor Brussel vooral. Je kent allicht het gezegde “si tous les dégoutés partent, il n’y a que les dégoutants qui restent.” Hopelijk kom je ooit terug!

Yamila Idrissi

Wie roept Sharia4Belgium een halt toe?

Afgelopen weekend driegde ze er nog mee het Atomium op te blazen omdat het in hun ogen een symbool van afgoderij was.
Vlaams parlementslid Yamila Idrissi is boos en verontwaardigd. “Ofwel  hebben we hier te maken met een gevaarlijke groepering ofwel met een bende dorpsidioten maar in beide gevallen moet er iets gebeuren”, stelt Idrissi. Wanneer er echt gevaar dreigt moeten politie en gerecht hun werk doen maar wanneer dit niet het geval is moeten we hen volgens de politica vooral geen groter forum te geven dan ze verdienen.

Idrissi ergert zich aan het feit dat Sharia4Belgium de Islam keer op keer misbruikt. “Zo kunnen ze ook steeds rekenen op massale persaandacht waarin elke vorm van kritische berichtgeving ontbreekt”, stelt Idrissi. “Sharia4Belgium heeft niets met islam te maken en ze spreken al helemaal niet in naam van de Belgische moslims. Waarom ze dan steeds zo een forum geven? “ vraagt Idrissi zicht af.

In beide gevallen doen we er, volgens Idrissi, goed aan om hen een halt toe te roepen. “Never underestimate the power of stupid people, espacially when they are in groups”, besluit Idrissi.

Vlaanderen blijft kiezen voor Syntra Brussel

Vandaag ondervroeg Vlaams sp.a-parlementslid Yamila Idrissi minister Muyters naar aanleiding van de financiële onzekerheid van Syntra Brussel.

De Minister bevestigde dat Syntra Brussel kan blijven rekenen op de steun van Vlaanderen.

Begin november trok Syntra Brussel aan de alarmbel. Net nu Syntra Brussel een financieel gezond Nederlandstalig opleidingscentrum voorzelfstandigen en KMO’s heeft uitgebouwd en antwoorden biedt op de specifieke Brusselse en grootstedelijke uitdagingen kampt de organisatie met onduidelijkheid over haar financiële toekomst. “Wanneer de politici er zouden voor kiezen om de Brusselnorm te laten vallen dreigt voor Syntra Brussel het faillissement” stelt Idrissi.

Idrissi vroeg minister Muyters naar de engagementen van Vlaanderen ten opzichte van Syntra Brussel. De Minister bevestigde vandaag aan Idrissi dat de middelen voor Syntra gegarandeerd blijven tot 2015. De minister voegde er aan toe dat ook nadien zal worden gekeken naar manieren om Syntra Brussel financieel gezond te blijven houden

Idrissi is tevreden met dit duidelijk signaal vanuit Vlaanderen. Het kan volgens haar niet dat n et nu Syntra Brussel een financieel gezond Nederlandstalig opleidingscentrum heeft uitgebouwd ze moeten vrezen voor hun toekomst.

Brussel staat met haar jonge, vaak laaggeschoolde bevolking voor immense uitdagingen. Syntra Brussel wil zich net tot die jongeren in Brussel richten en hen handvaten aanreiken zodat ze kunnen aansluiten op de arbeidsmarkt. “
Syntra biedt de vele Brusselse werkzoekenden en laaggeschoolden een kans op een betere toekomst en dat moet ook in de toekomst zo blijven”, besluit Idrissi.

Toerisme Vlaanderen grote afwezige op Winterpret

Afgelopen weekend zette Brussel de eindejaarsfeesten in met de opening van Winterpret. Grote afwezige bleek Toerisme Vlaanderen te zijn. “Als je weet dat Winterpret op 2 miljoen bezoekers mikt, uit binnen – en buitenland, is de afwezigheid van Toerisme Vlaanderen een gemiste kans”, zegt Vlaams parlementslid Yamila Idrissi.
Idrissi vernam dat Toerisme Vlaanderen zelfs geen aanvraag heeft gedaan om standhouder te zijn op de Brusselse kerstmarkt. “Ik zal minister Bourgeois in het parlement vragen of het een bewuste keuze was om Brussel links te laten liggen of dat er eerder sprake is van nalatigheid. In beide gevallen is de afwezigheid van Toerisme Vlaanderen een gemiste kans om Vlaanderen te promoten als toeristische topregio”, stelt Idrissi.
De Brusselse politica merkt op dat Toerisme Wallonië-Brussel (OPT) wel degelijk standhouder is op Winterpret. “Zij zien terecht de meerwaarde in van een aanwezigheid op Winterpret en grijpen deze kans om zich als organisatie en regio te tonen aan de vele duizenden bezoekers”, aldus Idrissi. Vlaanderen mist hier volgens haar dan ook een uitgelezen kans om zich als toeristische trekpleister te promoten.
“Het is geen toeval dat de Engelse touroperators de Brusselse kerstmarkt verkozen als origineelste van Europa. Het parcours doorkruist het hart van de hoofdstad van Europa en biedt zo de kans om alle charmes van Brussel in de winter te ontdekken, om de gastvrijheid van zijn inwoners te ervaren. Kortom een unieke ervaring waar heel wat mensen willen van genieten en waarop Toerisme Vlaanderen niet had mogen ontbreken”, besluit Idrissi.

“tvbrussel moet ook buiten Brussel te zien zijn”

Yamila Idrissi (sp.a) vraagt aan minister van Media Ingrid Lieten te onderzoeken of het mogelijk is om tvbrussel ook buiten Brussel te laten uitzenden.
In tegenstelling tot Télé Bruxelles is tvbrussel vandaag niet beschikbaar in de Rand rond Brussel. “We moeten kijken hoe we ontmoeting en informatie-uitwisseling maximaal kunnen bevorderen ipv verhinderen”, zegt Idrissi.
In het verleden pleitte huidigBrussels parlementslid Elke Roex (sp.a) meermaals voor het uitzenden van tvBrussel in Vlaanderen.

De Franstalige regiozender Télé Bruxelles is sinds dinsdag ook te ontvangen via dvb-t, het digitale signaal via de antenne. Hierdoor kunnen Franstaligen uit de Rand nu ook naar Télé Bruxelles kijken. Wat voor Téle Bruxelles is mogelijk gemaakt zou, volgens Idrissi, ook voor tvBrussel moeten kunnen. Tvbrussel heeft heel wat potentiële kijkers in de Vlaamse Rand rond Brussel. Nederlandstaligen die in de Vlaamse Rand wonen maar werken in Brussel of een liefde hebben voor onze hoofdstad zouden ook toegang moeten krijgen tot tvBrussel.

Dat de Télé Bruxelles nu ook zo kan uitzenden is het resultaat van de steun van de Franse Gemeenschap en de RTBF, die een kanaal ter beschikking stelt. In het licht hiervan vraagt Idrissi aan minister Lieten te onderzoeken om dit ook mogelijk te maken voor tvbrussel.

‘Wakker worden, CD&V’

‘In plaats van onze minister onder vuur te nemen, zou de CD&V beter zelf wat meer haar best doen voor de steden’, zeggen enkele SP.A’ers in een reactie op CD&V’er Veli Yüksel.

De kritiek van Vlaams Parlementslid Veli Yüksel in het vorige nummer van Knack op het stedenbeleid van Vlaams minister Freya Van den Bossche, is SP.A-parlementsleden Yamila Idrissi, Jan Roegiers en Steve D’Hulster een beetje in het verkeerde keelgat geschoten. Yüksel had er in een opiniebijdrage voor gepleit dat minister Van den Bossche wat meer ijver aan de dag zou leggen voor de steden. Ook vroeg hij dat ze werk zou maken van een ‘horizontaal stedenbeleid’, en haar collega-ministers in de Vlaamse regering zou aanmanen om op hun beleidsgebieden voldoende oog voor de steden te hebben.

‘We zijn blij dat Veli Yüksel oproept tot meer aandacht voor de steden, maar hij richt zijn kritiek tot de verkeerde minister en de verkeerde partij’, zegt Yamila Idrissi. ‘Zo klaagt hij dat er in de steden te weinig kinderopvang is en dat de mobiliteit in de soep draait. Maar dat zijn uitgerekend CD&V-bevoegdheden in de Vlaamse regering! Het horizontale stedelijke beleid waarvoor hij pleit, is de hoeksteen van het beleid van Freya Van den Bossche, maar dan moeten de andere ministers natuurlijk wel meewillen. “Wakker worden CD&V!” zou ik zeggen. Dankzij minister Van den Bossche hebben de steden ook extra financiële ruimte gekregen. Ik zie de oproep van Veli Yüksel vooral als een wat onhandige poging om zijn imago in Gent in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen op te vijzelen. Maar dat neemt niet weg dat we in het Vlaams Parlement zeker bondgenoten kunnen zijn. Hoe meer zielen zich voor de steden inzetten, hoe meer vreugd.’

‘STEDENBELEID: WAKKER WORDEN, CD&V!’, HET ANTWOORD VAN YAMILA IDRISSI, JAN ROEGIERS EN STEVE D’HULSTER OP DE OPINIEBIJDRAGE VAN VELI YÜKSEL, KUNT U LEZEN OP WWW.KNACK.BE/OPINIE.